Bij het maken of voorbereiden van een presentatie steken we heel wat energie in het verzamelen van de juiste content. Al deze belangrijke informatie gieten we vervolgens in visueel aantrekkelijke slides. Oef! Je bent er helemaal klaar voor. Of toch niet?
Uiteraard is de inhoud de hoofdmoot van je presentatie. Maar er is een belangrijk moment waarop de aandacht van je publiek het grootst is: je introductie. Op dit moment heeft jouw impact een enorme piek. Het spijtige van de zaak is dat het begin of de intro van een presentatie vaak het meest verwaarloosd wordt. Grijp dus je kans om een onuitwisbare en ijzersterke indruk te maken met een krachtige opener.
Goed begonnen is half gewonnen
Verschillende onafhankelijke onderzoeken bevestigen: de eerste woorden die je uitspreekt, bepalen of je presentatie een succes wordt of niet. You never get a second chance to make a first impression. Zorg er dus voor dat je introductie goed zit en dat het begin van je presentatie staat als een huis.
In de meeste gevallen denken we echter niet goed na over een sterke openingszin. De meeste presentaties beginnen op deze manier: “Goedemiddag, mijn naam is Piet Janssens en ik kom jullie iets vertellen over …” Een torenhoog cliché waarmee je publiek meteen in slaapmodus wordt gebracht. Hoe doe je dat op een betere manier?
Je intro heeft een dubbele functie, enerzijds om de verwachtingen van het publiek in te vullen (wat heb jij hen te vertellen?) en anderzijds is het een ijsbreker. Als je voor een publiek gaat staan, is er een spanning te voelen. Van jou naar het publiek toe (gaan ze wel willen luisteren?, ga ik geen fouten maken?, zullen ze moeilijke vragen stellen?), maar evengoed omgekeerd (gaat dit lang duren?, wat heb ik hieraan?, is dit een goeie spreker?). Die spanning doorbreek je best meteen.
Daarvoor dient de ijsbreker. Daar kan je mee gaan spelen: een grap (maar let op met humor: als de grap flauw is, stijgt de spanning), een anekdote, stel een vraag, start met een verrassende uitspraak of cijfer, vertel een persoonlijk verhaal... Wees origineel en verrassend.
Een paar intro’s die altijd werken:
- “Meer dan de helft van kinderen onder de 12 jaar heeft een smartphone!” (verrassende uitspraak)
- “Ik hoorde net bij de koffie een dame zeggen:....” (je publiek direct betrekken bij je verhaal)
- “Toen ik voor het eerst een presentatie gaf, trilden mijn benen zo erg, dat ik moest gaan zitten. Sindsdien heb ik me voorgenomen het anders aan te pakken.” (persoonlijk verhaal)
- “Wie is vanochtend met de wagen naar dit colloquium gekomen?” (op een debat over groene energie)
Met je intro zet je de toon en maak je verbinding met het publiek. Het is dus een binnenkomer die meteen goed moet zitten. Zorg ervoor dat je die helemaal uit het hoofd kent en dat je niet naar je woorden hoeft te zoeken. Luidop oefenen is - zeker voor je intro - een must!
Meer tips over een sterke intro voor je presentatie in deze VIDEO:
Meer info: www.expertacademy.be/nl/spreken